Een artikel geschreven voor de VU Letterenreporters, ook te vinden op http://www.let.vu.nl/nl/opleidingen/bacheloropleidingen/studentreports/Media-Kunst-Design-en-Architectuur/splatter-sprookjes.asp
Splatter-sprookjes
Oude kinderhorror als basis voor nieuwe bioscoopfilms
Marijn de Vries – 26 juni 2013
De laatste tijd worden we doodgegooid met bioscoopfilms gebaseerd op een sprookje. En bijna letterlijk doodgegooid ook, aangezien deze sprookjes bloederiger, grimmiger en/of enger zijn dan dat we van een sprookje zouden verwachten.
Roodkapje die vecht tegen een weerwolf. Hansje en Grietje die jagen op heksen. Sjaak die reuzen vermoordt. Sneeuwwitje die zelf wegvlucht van de boze koningin en uiteindelijk niet met een prins, maar met de jager die haar moet vermoorden gelukkig wordt. Het zijn bekende sprookjesverhalen met een andere verhaallijn dan de originele gelijknamige sprookjes. De toon van de films is donkerder en griezeliger. Zitten we niet meer te wachten op kleffe, kinderachtige verhaaltjes met heksen en prinsen?
Poster Hansel & Gretel: Witch Hunters (2013) / Poster Red Riding Hood (2011) / Poster Snow White and the Huntsman (2012)
Grimmig
Hoewel, klef en kinderachtig? De meeste bekende sprookjes vinden hun oorsprong in de Middeleeuwen en dienden om kinderen in het gareel te houden door ze bang te maken. De toon van de originele verhalen was vaak al donker en griezelig. Veel van deze verhalen zijn verzameld en opgeschreven door de broers Jacob en Wilhelm Grimm en kenden vaak een gruwelijk einde, maar ook Hans Christian Andersen schreef sprookjes. En ook bij hem waren ze niet zo sprookjesachtig als we zouden denken.
Dood en verderf herkennen wij niet echt als sprookjesachtig. Nee, sprookjes als de kleine zeemeermin, Sneeuwwitje, Assepoester en Doornroosje waarin de heldin uiteindelijk het kwaad overwint en trouwt met een knappe prins, dat zijn de sprookjes die wij als ‘sprookjesachtig’ herkennen. Niet toevallig zijn deze namen ongeveer synoniem geworden met Disney. Disney was er niet op uit om griezelige verhalen te vertellen, aangezien zijn doelgroep vooral jonge kinderen waren. En dus werden de verhalen op een kindvriendelijke en positieve manier verteld. Maar hierdoor wijken deze verhalen wel flink af van het originele verhaal.
- De kleine zeemeermin (van Hans Christian Andersen) weet in het origineel de prins waar ze verliefd op is niet te veroveren, vermoordt hem en verandert zelf in zeeschuim.
- Sneeuwwitje wordt ook in het originele verhaal uit haar eeuwige slaap gered door de prins van dienst. Bij de bruiloft echter moet de boze koningin dansen met gloeiende muiltjes aan totdat ze dood neervalt.
- In Assepoester trouwt de heldin weliswaar met de prins, maar daar worden de ogen van de jaloerse stiefzusters tijdens de bruiloft uitgepikt.
- Doornroosje komt qua Disney-verhaal en origineel wel overeen. Er bestaat echter een variant van Doornroosje genaamd ‘De schone slaapster in het bos’, waarin Doornroosje trouwt met de prins en daar kinderen mee krijgt. De moeder van de prins heeft echter ernstig kannibalistische trekjes en wil de prinses en haar kinderen opeten als de prins er niet is. Met veel geluk weet de prins dit uiteindelijk te verijdelen, maar toch. Niet echt geschikt voor jonge kijkers.
Sprookjes hebben nu eenmaal nare trekjes en neigen vaak naar horror. In dat licht zijn de recente verfilmingen niet zo’n grote dwaling van de originele verhaallijn. Maar waarom vinden we dat nu opeens interessanter dan de zoetsappige Disney-verhalen? Komt dat door de economische crisis? Wereldwijde gewapende conflicten? Onethische behandeling van dier en milieu? Is de mens cynisch geworden en wil hij niet meer wegdromen bij de sprookjes van weleer?
Laten we vooral niet doordraven. Horrorverhalen en –films zijn niet nieuw. Mensen houden nu eenmaal van spanning en actie. En misschien moeten de nieuwe sprookjesverfilmingen ook zo gezien worden. Ze trekken de oude verhalen uit de sfeer van het kinderachtige en maken ze aantrekkelijk voor een ouder publiek. In die zin is het misschien eerder een truuk van de filmmakers om meer kijkers te lokken met bekende verhalen in een andere context.
Flirten met skeletten
Maar een trend moet ergens beginnen en in het geval van sprookjesverhalen met een donker randje, moet Tim Burton genoemd worden. Deze regisseur regisseerde onder meer ‘Batman’ en ‘Batman Returns’ (uit respectievelijk 1989 en 1992, ver voor de films van Christopher Nolan), maar werd misschien nog wel het bekendst door ‘Edward Scissorhands’ (1990) en ‘The Nightmare before Christmas’ (1993). Sprookjesachtige verhalen, maar met een overduidelijk zwart randje. Een ‘gothic’-randje misschien zelfs.
De stijl van Burton is even wennen en zeker niet voor iedereen. Toch trokken films als ‘Charlie and the Chocolate Factory’ (2005), Corpse Bride (2005), ‘Sweeney Todd’ (2007), ‘Alice in Wonderland’ (2010) en ‘Dark Shadows’ (2012) van hem veel bioscoopbezoekers. Al zijn films zijn ontegenzeggelijk sprookjesachtig, maar hebben een duistere ondertoon of vormgeving. Hij flirt graag met skeletten, vampiers en de dood.
Poster Sweeney Todd: the Demon Barber of Fleet Street (2007)/ Poster Corpse Bride (2005) / Poster Dark Shadows (2012)
Het moderne sprookje
De duistere en grimmige sprookjes die tegenwoordig worden uitgebracht zijn niets meer dan een terugkeer naar de oude middeleeuwse verhalen. De bekende verhalen zijn in een nieuw jasje gestoken, ontdaan van oubollige en zoetsappige elementen, geïntroduceerd door Disney, en geïnjecteerd met een flinke dosis actie en spanning. En zo heeft het sprookje weer zijn oude vorm aangenomen.