MS Zorg Nederland in beweging

“Patiënten merken dat ze bij een therapeut komen die weet waar het over gaat”

In een vorig artikel besteedde MSzien al aandacht aan MS Zorg Nederland, een initiatief van onder andere neuroloog Gerald Hengstman*. MSzien sprak met hem over de ontwikkelingen rond dit project.

Neroloog Gerald HengstmanGerald Hengstman wil met MS Zorg Nederland een landelijk dekkend netwerk ontwikkelen waarin uniforme zorg geboden kan worden aan mensen met MS. “Alle MS-patiënten in Nederland toegang geven tot laagdrempelige en hoogwaardige zorg, zodat ze in alle fasen van de ziekte zelf zo veel mogelijk de regie in eigen hand kunnen houden” zo formuleerde Hengstman vorig jaar het doel van het netwerk. Hoe staat het daarmee?

Groei

Het netwerk groeit gestaag, vertelt Hengstman. “Er zijn op dit moment veertien regionale netwerken operationeel, en daarin participeren 570 zorgverleners.” Per jaar kunnen maximaal vijf zorgnetwerken toetreden, want “met vijf netwerken heb je al zo’n 200 zorgverleners bij elkaar. Dat is onze eigen limiet om de groei te kunnen bijbenen als organisatie”. Naar verwachting zal volgend jaar de helft van Nederland gedekt zijn met MS-zorgnetwerken.

Voor 2016 staan er al een aantal regio’s in de planning om zich bij MS Zorg Nederland aan te sluiten. Als patiënt kun je zelf jouw zorgverleners sturen om deel uit te gaan maken van het zorgnetwerk. Maar dan is er wel een actieve rol van de patiënt zelf nodig, benadrukt Hengstman. “Als patiënt de vraag stellen: waarom is dat bij ons niet zo? Dat is eigenlijk de enige manier.”

Richtlijnen

MS Zorg Nederland is momenteel bezig om landelijke richtlijnen op te stellen. Hengstman vertelt dat men nu bezig is met de landelijke richtlijn Ergotherapie bij MS. “Dat is een gezamenlijk initiatief vanuit de Beroepsvereniging Ergotherapie Nederland, MS Zorg Nederland, het lectoraat neurorevalidatie van de hogeschool Arnhem/Nijmegen en de afdeling revalidatiegeneeskunde, ergotherapie en fysiotherapie van het VUmc Amsterdam”. De richtlijn moet eind van het jaar af zijn.

Hier eindigt het niet mee. Gerald Hengstman: “Volgend jaar gaan we dezelfde stap zetten voor fysiotherapie en oefentherapie bij MS en voor de richtlijn logopedie bij MS”. Die richtlijnen zijn hard nodig: “Op dit moment zijn er in bijna geen enkele discipline goede inhoudelijke richtlijnen voor wat de goede zorg is”. En dat is wel nodig om de kwaliteit kunnen meten en beoordelen, zegt Hengstman. “Het is te bizar voor woorden dat dat er nog niet was”.

Samenwerking

Om de netwerken zo goed mogelijk te laten functioneren, worden ook verschillende beroeps- en patiëntenverenigingen erbij betrokken. Het is een flink rijtje: “Op dit moment wordt het proces formeel ondersteund door de beroepsvereniging Ergotherapie en de beroepsverenigingen van de MS-verpleegkundigen. We zijn in gesprek met de Nederlandse Vereniging voor Neurologie, de vereniging voor oefentherapeuten, de vereniging voor logopedisten en de beroepsvereniging voor revalidatieartsen. Volgend jaar gaan we ook in gesprek met de vereniging van fysiotherapeuten.”

Met aansluiting van de beroepsverenigingen kan de scholing van zorgverleners vaste vorm krijgen, aldus Hengstman. “Wat vinden wij dat een MS-neuroloog in de basis zou moeten kunnen en hoe kunnen wij ervoor zorgen dat die neuroloog geschoold blijft? De eerder besproken richtlijnen spelen hierbij een belangrijke rol, als houvast en om te bepalen wat je mag eisen van een zorgverlener”.

MSweb

Met al deze interne ontwikkelingen zou je bijna denken dat de patiënt vergeten wordt. Het tegendeel is echter waar. MS Zorg Nederland wil patiënten de meest objectieve, relevante en up-to-date informatie verstrekken. “Dat gaan we doen door informatie aan te bieden in de vorm van tekst, maar ook als ondersteunend audiovisueel materiaal, waaronder film. Dit wordt dan digitaal aangeboden – via de eigen site (van MS Zorg Nederland, red.) en via MSweb”, vertelt de neuroloog. Op dit moment is er een pilot met drie onderwerpen, maar MS Zorg Nederland is druk bezig met het inventariseren welke onderwerpen relevant zijn.

In het verlengde hiervan start in januari een deskundigheidsforum op MSweb. Iedere twee weken zal er een deskundige op een bepaald gebied beschikbaar zijn voor het beantwoorden van vragen. Dat zal worden aangekondigd in de eerste week van januari.

Feedback

De vraag is natuurlijk wat er nu al van deze aanpak te merken is. Hengstman: “We zetten een enquête uit onder patiënten die in de regio’s wonen waar we een netwerk zijn gestart; deze mensen vragen we of ze een verandering in zorg merken”. Dat is het officiële verhaal. Als ik vraag naar de persoonlijke ervaringen van de arts, wordt de dokter echt enthousiast: “Patiënten beginnen te merken dat ze bij een therapeut komen die weet waar het over gaat. Je ziet heel duidelijk een extra voordeel ontstaan, zowel in de uitvoerende zorg als in hoe mensen het zelf ervaren”.

Vorig jaar leek het nog een ambitieus project. Maar gezien de vorderingen wordt het steeds realistischer. De organisatie groeit en wordt stukje bij beetje professioneler. Dit verhaal krijgt vast nog een mooi staartje.

* zie hier: Meer over MS >> Zorg & Revalidatie >> MS Zorg Nederland.http://www.mszorgnederland.nl/

Verliezen (29)

Ik kan niet tegen mijn verlies. Ik doe graag met alles mee, maar dat moet dan wel lukken. Maar dat kan niet altijd, zo blijkt.

Marijns Blog- foto Maxim WermuthEr wordt veel verwacht van mij, vooral door mijzelf. Ik wil niet dat MS me beperkt, dus wil ik laten zien dat ik ondanks dat toch nog veel kan. Ik wil voor mijn eigen inkomsten zorgen, dan hoef ik mij niet naar anderen te verantwoorden. Dus heb ik werk. Sociale contacten zijn heel belangrijk voor mij. Dus wil ik vrienden zo vaak mogelijk zien en plan ik wekelijks ontmoetingen met hen. Ik wil mij verder ontwikkelen om te laten zien dat ik best wat kan. Dus doe ik aan stand-up comedy en schrijf ik voor MSweb. Is dat te veel? Misschien wel iets…

Al die verschillende activiteiten scheppen verwachtingen. Dat ik aanwezig ben op mijn werk, dat ik afspraken en deadlines nakom. Dat soort zaken. Ik vind dat ik dat moet kunnen. Want dat kan ik toch? Anderen kunnen het ook, dus waarom zou ik het niet kunnen. Goed, die anderen hebben misschien geen MS, maar ikkan dat. Dat heb ik in het verleden laten zien. ‘Resultaten uit het verleden bieden geen garantie voor de toekomst’ geldt niet voor mij, want ik wil niet verliezen.

Maar resultaten uit het verleden bieden geen garantie voor de toekomst. Een interview vlak voor de deadline helpt nu eenmaal niet voor een rustige state of mind. Helemaal niet gecombineerd met een stressvolle situatie op het werk én een filmafspraak met een goede vriend én, oh ja, nog wat optredens. Maar ik ga niet verliezen.

De deadline nadert en die ik ga niet halen. Stress, stress, stress. Dan stort het zorgvuldig geconstrueerde kaartenhuis ineen en lijkt het ook nog eens of ik een nieuwe schub krijg. Het voelt als verlies. Het is verlies. En ik zal altijd blijven verliezen, aangezien mijn gezondheid zich soms heel grillig gedraagt.

Bij een spelletje kan je het speelbord omgooien en boos wegstampen. Nogal kinderachtig, maar daarna kan je weer van nul beginnen. Nu kan ik alleen maar mijn verlies accepteren en de schade zo veel mogelijk proberen te beperken. Minder hooi op mijn vork nemen, want blijkbaar kan ik het niet aan. En in het vervolg gewoon niet aan het spelletje beginnen, dan kan je ook niet verliezen.

Fotografie: Maxim Wermuth

09/12/2015

Met de kennis van nu (28)

Een veelgehoorde zinsnede in de huidige politiek is: ‘met de kennis van nu’. Achteraf is altijd makkelijk praten. Met de kennis van nu heb ik waarschijnlijk al veel langer MS.

VakantiebestemmingenHet is warm. Ik ben op vakantie op Kreta, dus dat valt te verwachten. Ik ben 17 of 18 en vandaag ga ik een wandeling maken door een kloof. Volgens mij schoonvader moet ik dat echt een keer gedaan hebben op Kreta. Zowel mijn schoonvader en als mijn zwager hebben hier al enige ervaring mee, dus ik ben in goede handen. Het terrein aan het begin van de kloof is erg stijl, maar het weer en het uitzicht zijn prachtig. Dit wordt een mooie dag. 

Op mijn 21e krijg ik te horen dat ik MS heb. Ik heb dan problemen met lopen en met mijn evenwicht. Na een kort ziekenhuisverblijf en wat fysiotherapie herstel ik bijna volledig van mijn klachten. Wat de ziekte voor mij gaat betekenen of tot dan toe heeft betekend weet ik niet. Ik wil er ook niet te veel bij stilstaan, er is nog zo veel dat ik wil. Echter, dat fysieke inspanning mij extra moeite kost, leer ik snel.

We komen aan in de kloof. Het terrein is rotsachtig en ongelijk. Mijn schoonvader vertelt me dat ik goed moet opletten waar ik mijn voeten neerzet, dan zou het geen probleem moeten zijn. We moeten wel een beetje de pas erin houden, want onze boot vertrekt om 18:00 bij de monding van de kloof. Deze brengt ons naar het stadje vanwaar onze bus naar het hotel vertrekt. Maar er is natuurlijk tijd om rond te kijken. Die boot halen we wel.

Inmiddels denk ik wel ongeveer door te hebben wat MS met mij doet. Ik loop nu moeilijker en heb permanent problemen met mijn evenwicht. Oneffenheden op de grond maken mij dan ook erg onzeker. Achter iedere ongelijke tegel ligt het risico van een struikelpartij. Tevens kan ik niet goed tegen hoge temperaturen. Deze maken mij snel moe, waardoor ik moeilijker ga lopen. Het is een onhandige combinatie, weet ik nu…

Aan het begin van de kloof was er nog enige beschutting van bomen, nu echter is schaduw een zeldzaamheid. Daarbij komt dat de zon steeds hoger aan de hemel klimt met vergelijkbaar gevolg voor de temperatuur. Ik word moe en krijg steeds meer problemen met lopen. Gelukkig is daar mijn schoonvader om me te ondersteunen. Mijn zwager blijkt geen enkel probleem te hebben met de omstandigheden; hij is al een tijd uit het zicht verdwenen. Waarom is het voor mij dan toch zo lastig? Hoe laat vertrok de boot ook alweer?

Ik ben mij bewust van de dingen die ik niet meer kan en ben daardoor heel voorzichtig met de dingen die ik doe. Ik zoek de risico’s niet op, tenzij ik het resultaat zwaarder vind wegen dan deze gevaren. Vakanties vind ik leuk, maar in veel steden of gebieden die ik wil zien, is het warm. Ook is de infrastructuur vaak ouderwets. Veel vakantiebestemmingen streep ik dan ook van tevoren door; vakantie moet vooral ontspannend zijn en niet slopend. Dat weet ik nu…

Mijn passen worden steeds onzekerder. De tijd begint nu toch wel te dringen: we moeten nog een aardig stukje en mijn tempo ligt laag. Ik heb nog maar weinig aandacht voor de omgeving. Af en toe houdt mijn schoonvader stil om mij in het rond te laten kijken. Anders mis ik het allemaal. Op die momenten pak ik wat rust, maar die momenten duren kort. Daarna word ik bijkans door de kloof gesleurd. In de verte doemt de haven op. Nog maar een klein stukje.

De boot halen we en in de bus kom ik weer een beetje bij. Bij terugkomst horen we hoe mijn toenmalige vriendin en haar moeder heerlijk geluierd hebben bij het zwembad. Wij vertellen ons avontuur en ik houd vol dat het prachtig was, al was ik liever in het hotel gebleven. Waarom ik zoveel moeite had met de kloof? De temperatuur waarschijnlijk. En het rotsachtige terrein natuurlijk. Met de kennis van nu zeg ik dat het mijn eerste MS-aanval was. Dat weet ik nu…

Fotografie: Maxim Wermuth

18/11/2015

Wat als…

Af en toe spookt die ene vraag door mijn hoofd: wat als ik nu géén MS had gehad? Een zinloze vraag, maar toch: wat als?

Wat alsHoe het is: ik ben 21, studeer Oudheidkunde en heb een leuke relatie met mijn liefde van de middelbare school. Ik krijg problemen met mijn evenwicht en loop slecht na zware inspanning. Ik ga naar de dokter en er wordt MS vastgesteld.

Mijn relatie gaat uit en ik besluit mij breder te oriënteren op de toekomst. Naast een master Oudheidkunde ga ik een master Journalistiek volgen. Na mijn studie vind ik weliswaar geen werk in de oudheidkunde of journalistiek, maar ik schrijf wel voor MSweb en MSzien.

Daarnaast doe ik aan stand-up comedy waarin MS een grote rol speelt. Op mijn 30e ben ik mij nog volop aan het oriënteren op wat ik wil, maar heb ik genoeg ideeën en zin in het leven.

MS bepaalt niet wie ik ben. Ik ben niet wezenlijk veranderd na de diagnose, mijn karakter is hetzelfde, mijn gedrag is hetzelfde en ook mijn uiterlijk is ongewijzigd. En toch bepaalt het wie ik ben.

Na de diagnose heb ik alle keuzes die ik maakte deels laten sturen met in het achterhoofd dat ik ook MS heb en bepaalde dingen dus niet kan. Het heeft mijn bewustzijn en mijn inzicht wel degelijk veranderd. Maar wat nu als ik het niet had gehad?

Wat als: ik ben 21, studeer Oudheidkunde en heb een leuke relatie met mijn liefde van de middelbare school. Na mijn bachelor besef ik dat deze studie weinig uitzicht op een baan geeft, tenzij ik me volledig op mijn studie richt.

Ik solliciteer op een onderzoeksmaster, maar word niet aangenomen. Ik ga een gewone master doen en bijt me daar helemaal in vast. Stukje bij beetje verlies ik mijn vrienden uit het oog. Dan komt er bericht uit Canada: ik kan daar onderzoek gaan doen. Ik verhuis naar Canada en laat alles en iedereen achter. Op mijn 30e ben ik wetenschapper met bescheiden naam, maar moet moeite doen om geld te krijgen voor onderzoek en heb nauwelijks een sociaal leven.

Of wat als: ik ben 21, studeer Oudheidkunde en heb een leuke relatie met mijn liefde van de middelbare school. Na mijn bachelor Oudheidkunde besluit ik in samenspraak met mijn vriendin om van studie te veranderen. Ik schrijf me in voor een rechtenstudie.

Mijn vriendin en ik gaan samenwonen. We vinden een woning in Zeist en niet lang daarna raakt mijn vriendin in verwachting. Het verzorgen van een kind valt ons zwaar en ik verlies plezier in het leven. Dit drijft mij en mijn vriendin uit elkaar. Om toch positieve prikkels te krijgen, begin ik een verhouding met een collega, wat mij en mijn vriendin nog verder uit elkaar drijft. We gaan uit elkaar en de affaire houdt ook geen stand. Op mijn 30e ben ik een gescheiden jurist bij een klein bedrijf en woon ik ver van familie en vrienden.

Of wat als: ik ben 21, studeer Oudheidkunde en heb een leuke relatie met mijn liefde van de middelbare school. Ik besluit het roer radicaal om te gooien. Ik neem een tussenjaar en ga de wereld rondreizen. In Australië volg ik een cursus windsurfen. Op mijn eerste les wordt ik aangevallen door een witte haai en overleef de aanval niet.

Of wat als: ik ben 21, studeer Oudheidkunde en heb een leuke relatie met mijn liefde van de middelbare school. Ik vind het eigenlijk wel prima hoe het gaat en laat me eigenlijk vooral leiden door de leuke dingen in mijn leven: uitgaan, vrienden, feestjes. Hierdoor eindigt mijn relatie.

Ik maak mijn studie af, maar heb geen zicht op wat ik wil. Daardoor ga ik me nog meer richten op de dingen die ik leuk vind, wat leidt tot een alcoholverslaving. Ik heb weliswaar veel vrienden, maar dat zijn slechts oppervlakkige contacten. Door chronisch geldgebrek trek ik weer in bij mijn ouders. Op mijn 30e ben ik werkloos en woon bij mijn ouders.

Dit zijn slechts enkele mogelijke scenario’s en niet toevallig eindigen ze allemaal niet bepaald rooskleurig. Zonder beperking ben je niet automatisch gelukkig en chronisch ziek leidt niet automatisch tot chronisch ongeluk. Door MS ben ik bewust dingen gaan zoeken die mij gelukkig maken. Dát had ik allemaal niet gehad als ik geen MS had gehad.

 

Fotografie: Maxim Wermuth

Toekomstmuziek

De techniek staat voor niets tegenwoordig, al leidt hij soms ook af. Toch kan diezelfde techniek ons ook helpen. Met een handzaam apparaatje staan wij altijd en overal in contact met de rest van de wereld. Tenminste, met de rest van de wereld die op dat moment ook gebruik maakt van hetzelfde handzame apparaatje dat in contact staat met het wereldwijde web. Prachtig.

Mobiel met oproepJe kan zo veel met mobiele telefoons en tablets. Je kan er allerlei programmaatjes of applicaties op installeren waar je handige zaken mee kunt doen. Je kunt er een boek of de krant op lezen. Je kunt er spelletjes op spelen. Er is één probleem: je kan er blijkbaar niet de omgeving mee in de gaten houden.

Het is kwart over acht ’s ochtends. Ik sta te wachten op de metro om naar mijn werk te gaan. Het is een korte trip van 15 tot 20 minuten, maar ik heb al een korte wandeling met enkele hellingen gehad en moet op de plek van bestemming nog wat trappen af, dus is het prettig voor mij om te zitten in de metro. De metro komt en met een zachte puf komt hij tot stilstand. De deuren gaan open en in de stroom met mensen stap ik de metro in.

Ik kijk om me heen, speurend naar een plekje. Het is spitsuur en dus druk. Alle zitplaatsen zijn al bezet met mensen die op hun mobiel of tablet turen. Niemand kijkt op of om. Opeens blijkt een wandelstok de normaalste zaak van de wereld. Ik manoeuvreer mij naar een strategische plaats waar ik steun heb en tegelijkertijd zo veel mogelijk van het metrostel in de gaten kan houden tot er een plek vrijkomt. Een aantal haltes moet ik staan en ik voel mijn benen week worden, maar dan stappen er gelukkig veel mensen uit en komt er plek vrij. Gelukkig, ik kan zitten.

Toegegeven, ook ik maak mij soms schuldig aan gebruik van mijn telefoon op momenten dat het helemaal niet nodig of wenselijk is. Het is dus een beetje hypocriet om daar nu over te oordelen. Maar…dankzij de techniek hoeft dat ook helemaal geen probleem te zijn en kan het zelfs een oplossing bieden. Applicaties of apps schijnen makkelijk te maken te zijn. Misschien niet voor iedereen, maar ik heb me laten vertellen dat het geen hogere wiskunde is. Een neefje of nichtje dat een beetje kan programmeren is alles wat je nodig hebt.

Zou het dan niet mogelijk zijn een programmaatje of app te ontwikkelen dat zorgt dat het mobieltje van iemand met een beperking automatisch een berichtje stuurt naar alle mobiele telefoons in de buurt? Pop-up mededeling: “Ik kan niet lang staan. Wie geeft mij een zitplaats?” Dan is naar je mobiel turen geen excuus om niet op te staan voor iemand die graag wil zitten. Wat hopelijk leidt tot situaties als deze:

Het is kwart over acht ’s ochtends. Ik sta te wachten op de metro om naar mijn werk te gaan. Het is een korte trip van 15 tot 20 minuten, maar ik heb al een korte wandeling met enkele hellingen gehad en moet op de plek van bestemming nog wat trappen af, dus is het prettig om te zitten. De metro komt en met een zachte puf komt hij tot stilstand. De deuren gaan open en in de stroom met mensen stap ik de metro in.

Ik kijk om me heen, speurend naar een plekje. Het is spits en dus druk. Alle zitplaatsen zijn al bezet met mensen die op hun mobiel of tablet turen. Op het moment dat ik het metrostel instap, hoor ik verschillende piepjes en tingeltjes. Hier en daar zie ik een scherm oplichten met de boodschap voor de ontvanger dat ze een nieuw bericht hebben. Verschillende mensen kijken op en zien mij. Een man met kort haar en een stoppelbaard staat op. “Wilt u zitten?” Ik knik vriendelijk naar de man en ga zitten.

Maar dat is misschien toekomstmuziek.

 

Fotografie: Maxim Wermuth